1. Hoe koppels samenstellen?

​

Dit vind ik het moeilijkste van de kweek. Welke vogels zal ik bij elkaar plaatsen? 

Ik ben eigenlijk alle dagen bezig met de vogels. Hiermee bedoel ik ook dat ik van zodra ze uit het nest komen ;  ik reeds noteer welke vogels mogelijks goede vogels zullen worden. Hiervoor let ik vooral op de kop van de jongen. Dit geeft geen garantie dat deze vogels zullen uitgroeien tot toppers. Daarom volg ik alle vogels tot ze volledig uitgegroeid zijn in de volière. Ik doe mijn jonge vogels dan ook niet weg voor het einde van het jaar. Dikwijls is al gebleken dat sommige vogels die in het begin niet zo schitterend zijn, toch uitgroeien tot mooie en bruikbare vogels.

​

Bij het samenstellen let ik op dit ogenblik nog enkel op de breedte van de kop en de grootte van de vogel. Dus ik probeer 2 brede koppen van 2 grote vogels samen te brengen. U begrijpt dat wanneer we een brede kop op een smalle kop plaatsen we ergens een middelmatige kop mogen verwachten. Dus zeer goed selecteren op hun beste eigenschappen om goede jongen te krijgen. U zult ook zien dat er in de jongen een evolutie zit waardoor de jongen jaar na jaar steeds beter worden.

​

Wanneer men verder gevorderd is in de kweek zal men nog meer letten op andere eigenschappen zoals : het type pluimen, de grootte van de spots, de kleur,.....

​

Wanneer we een koppel samengesteld hebben en we brengen ze onder in hun kweekkooi dan moet men zeker de eerste dag en vooral het eerste uur de vogels in het oog houden. Het is niet omdat wij willen dat die vogels kweken dat de vogels dit willen. Zij hebben zeker een eigen wil en het gebeurt regelmatig dat een man de pop niet wil of omgekeerd. Dit kan zelfs leiden tot een rechtstreekse aanval met soms kwetsuren of een dodelijke afloop. Van zodra men ziet dat er serieuze agressiviteit is, moet men onmiddellijk ingrijpen en de vogels uiteen halen. De enige oplossing is om bijv. een andere pop bij te plaatsen en plots kan er onmiddellijk de grote liefde ontstaan tussen beide. 

Zo heb ik dit jaar een koppel gevormd waar het onmiddellijk goed klikte tussen beide vogels. Zij deden 2 rondes maar steeds waren de eieren onbevrucht. Ik plaatste de man bij een andere pop waarvan ik zeker wist dat ze vruchtbaar was en plots werd hij zeer agressief ten opzichte van die pop in die mate dat hij op haar vloog en serieus kwetste. Ik heb de pop weggenomen en er een andere pop bijgeplaatst en kijk ook hier was het onmiddellijk de grote liefde. Zij hebben nog een ronde met 3 jongen opgebracht. Zo zie je maar. Dus wees op je hoede bij het bij elkaar plaatsen van een koppel.

​

Het jaar voordien had ik al mijn koppels in de kweekkooien ondergebracht en bij een koppel zag ik dat de man steeds langs het traliewerk heen en weer rende en geen oog had voor de pop die ik bij hem geplaatst had. In de tegenovergestelde kweekkooien zat er een koppel waar de man en de pop niet naar elkaar keken. Ik verwisselde de poppen en kijk in de beide kweekkooien toonden de vogels interesse voor elkaar.

​

2. Hoe ziet men dat het klikt tussen een koppel?

​

• Vogels die vechten zullen nooit een koppel vormen

• Wanneer we de vogels samenbrengen in de kooi en ze gaan zo ver mogelijk van elkaar zitten zonder dat er agressiviteit is, wil dit niet zeggen dat ze elkaar niet zullen accepteren. Geef ze tijd.

• Wanneer de twee vogels op dezelfde stok zitten dicht bij elkaar en de man maakt avances dan zitten we heel goed.

• Wanneer de man de pop steeds volgt wanneer ze van stok veranderd en haar daarbij het hof maakt dan zitten we weer goed.

• Soms gebeurt het in de eerste ogenblikken van het samenzijn dat het koppel reeds paart. Dit kan niet beter.

Feit is dat men zeer goed de vogels in het oog moeten houden en op hun gedrag letten.

​

3. De koppels zijn gevormd en dan?

​

Wanneer de koppels in de kweekkooien zijn, geef ik ze alle dagen graan en eivoer, zodanig dat ze dit gewend zijn wanneer de jongen er zijn.

​

Na 2 dagen plaats ik de nestkasten aan de kooien. In de nestkasten heb ik op de bodem houtkrullen gelegd. Alle nestkasten zijn genummerd en zijn voorzien van een kweekfiche. (Zie voorbeeld hiernaast). Sommige poppen zullen zeer vlug de nesten inspecteren, andere zullen er nog niet naar kijken. Je zult ook zien dat veel poppen in de eerste dagen veel van de houtkrullen zullen uitgooien. Soms totdat er geen meer in liggen. Ik laat de vogels doen want het zijn zij die hun nest maken zoals ze zelf willen. Na 10 dagen mag men het eerste ei verwachten. 

​

Ik markeer elk ei met een viltstift (1 puntje voor het eerste ei, 2 puntjes voor het tweede ei, enz.) Ik noteer ook op de kweekfiche wanneer het ei gelegd is. Doordat de eieren gemarkeerd zijn en hun datum vermeld is kan ik perfect weten :

• welke eieren er bevrucht zijn (bijv. het eerste, derde, vierde,....) dit is belangrijk wanneer men eieren moet verleggen naar andere nesten. Men kiest dan nesten waar de eieren op dezelfde dag gelegd werden en die niet bevrucht zijn van het nieuwe nest.

• wij weten wanneer er jongen mogen verwacht worden. Bijv. de eerste 4 eieren zijn onbevrucht dan mag men het eerste jong slechts verwachten 18 dagen + 8 dagen ipv 18 dagen

• Bij het verleggen van eieren houden we ook rekening met de kleur van de vogels. Wij zullen bijv. eieren van een blauw koppel leggen bij eieren van een groen koppel. Wanneer de jongen hun pluimen krijgen zien we dan welke jongen er verlegd werden. Bij koppels van dezelfde kleur kunnen we niet weten van wie de jongen zijn. Ook noteren op de fiche

​

Zorg ook steeds dat je dezelfde routine van voederen en kuisen aanhoudt zodanig dat de vogels de geluiden en bewegingen die ermee gepaard gaan kennen. Zo zullen ze rustig verder broeden.

​

Zorg ook dat je steeds beleefd bent. Ik klop altijd eerst met een viltstift op het nest voordat ik het deurtje open. Ik doe dit alle dagen vanaf het moment dat het nest is opgehangen. Hierdoor weet de pop dat er een controle komt en dat ze niet onrustig moet zijn.

​

Zorg er ook voor dat u met meer dan 1 koppel kweekt omdat Engelse grasparkieten koloniebroeders zijn. Meerdere koppels in dezelfde kweekruimte stimuleren elkaar om te kweken.

​

Kweken met meerdere koppels Engelse grasparkieten in eenzelfde volière is af te raden om volgende redenen :

• Bij de paringen van een koppel zullen andere mannen ook willen paren met dat popje waardoor het koppel gestoord wordt en de paring niet volledig gebeurt. Resultaat veel onbevruchte eieren

• Verschillende mannen zullen met hetzelfde popje paren waardoor men niet van wie de jongen zijn.

• Er zullen steeds gevechten ontstaan tussen de poppen om de beste nest te bemachtigen. zelfs in die mate dat er ernstige kwetsuren kunnen optreden.

• Tijdens het broeden kan de pop verstoord worden door andere vogels die in de nest willen komen.

Dus beter kweken in kweekkooien waar de vogels veel geruster kunnen kweken zonder gestoord te worden door andere vogels.

​

4. Wanneer verleg ik eieren?

​

Ik probeer te streven naar homogene nesten van 4 à 5 bevruchte eieren. Dus ik zal eieren verleggen als :

• Er in een nest meer dan 5 bevruchte eieren zijn. Ik heb nesten gehad van 8 bevruchte eieren op de 10. Drie van de eieren (de laatste 3) zal ik dan leggen bij een koppel die bijv. maar 1 of 2 bevruchte eieren heeft. Dus hier zie je al het belang van het markeren en bijhouden van de datum van het leggen.

• Wanneer een pop maar 1 bevrucht ei heeft zal ik dit leggen in een nest van 3 of 4 bevruchte eieren. Ik zal dan al de onbevruchte eieren wegnemen zodanig dat de pop opnieuw kan beginnen. Het gebeurt regelmatig dat bij de eerste ronde er weinig eieren bevrucht zijn (vooral bij jonge poppen) omdat ze nog niet goed weten hoe het moet of omdat ze nog niet volledig kweekrijp zijn. Bij de volgende leg zien we dan dat er meer eieren bevrucht zijn. Hierdoor winnen we tijd. 

• Wanneer een pop er een boeltje van maakt en niet goed broedt. Ook dan zal ik de eieren verleggen en naargelang de pop nog een kans geven of ze vervangen door een andere pop.

• Wanneer een pop sterft.

​

Wanneer we te grote nesten van meer dan 5 jongen samen laten, dan zien we dat de laatste eieren die moeten uitkomen vervuild geraken door de uitwerpselen van de andere jongen. Meestal zullen deze eieren niet uitkomen en verliezen we de jongen. Bij te grote nesten zal de pop de laatste eieren niet meer goed kunnen bebroeden omdat de andere jongen in de weg zitten. Ook hierdoor zullen de eieren meestal niet uitkomen.

​

5. Hoe bevruchte en onbevruchte eieren erkennen?

​

Na ongeveer 5 dagen kunnen we reeds zien of de eieren bevrucht zijn of niet. Hiervoor houden we de eieren tegen het licht en wanneer ze doorzichtig zijn dan zijn ze niet bevrucht. Opletten met die 5 dagen want niet alle poppen beginnen vanaf het eerste ei te broeden. De onbevruchte eieren neem ik ook niet weg omdat ze als buffer kunnen dienen als er jongen zijn. Wanneer het legsel volledig is en er zijn meer dan 5 bevruchte eieren gelegd dan neem ik de onbevruchte eieren weg zodanig dat de pop nog enkel op de bevruchte eieren broedt.

​

In een nest zal men gemakkelijk kunnen zien welke eieren bevrucht zijn omdat deze een glanzende kleur hebben en iets meer donker zijn dan de onbevruchte eieren. 

​

6. De jongen komen uit.

​

Na 18 dagen is het moment aangebroken dat de jongen uitkomen. De jongen zullen de eischaal breken met hun eitand. Zij zullen het ei volledig rond breken waardoor er twee helften ontstaan. Dan zal het jong uit het ei komen en het eerste moment nog teren op de resterende voedingstoffen van het ei. Iets later zal de pop het eerste voedsel geven. dit eerste voedsel is zeer belangrijk want daarmee geeft de pop immuniteit door aan het jong. Dit voedsel noemt men kropmelk. Wanneer je het jong in uw handen neemt ziet u dat er een klein beetje gele vloeistof in de krop van het jong zit. 

Zorg steeds dat je de twee helften van het ei uit het nest verwijderd want het gebeurt regelmatig dat een helft rond een ander ei komt te zitten waardoor het jong van dat ei de eischaal niet kan breken en dus sterft.

​

Noteer de datum van uitkomen opnieuw op de fiche.

​

Wanneer het eerste jong is uitgekomen zal ik steeds een nieuwe laag houtkrullen in het nest leggen. Op dit moment zal de pop deze houtkrullen niet meer uit het nest gooien. Hierdoor ligt het jong zacht en wordt niet teveel platgedrukt door de pop. Hierdoor kunnen er anders spreidpoten ontstaan bij het jong.

​

Controleer dagelijks of de jongen goed groeien en voldoende voedsel krijgen. Soms ontstaan er problemen. (Deze zal ik behandelen in het hoofdstuk kweekproblemen)

​

Wanneer het nest te nat wordt verander dan regelmatig de houtkrullen in het nest waardoor de nest droger blijft en zet het deurtje op een kier om ventilatie te krijgen.

​

Wanneer je een jong uit het nest neemt om te controleren moet je steeds nakijken of hij met zijn poten geen kleiner jong vast heeft. Het gebeurt anders regelmatig dat wanneer men het niet ziet, eens het jong uit het nest is, hij het ander jong lost waardoor dit op de grond valt met dodelijke afloop tot gevolg.

​

7. Het ringen van de jongen.

​

Ik koop steeds ringen met een diameter van 4,5 mm omdat ik ervaren heb dat ringen van 4 mm erg krap zitten rond te poot en dat er soms vuiligheid tussen de ring en de poot komt waardoor de poot ontsteekt en dat men dan de ring moet doorknippen om de poot nog te redden. Meestal is de vogel niet meer geschikt om mee te kweken omdat zijn poot blijvend gekwetst is.

​

Een jong kan geringd worden vanaf de zesde dag. Ook dit is geen exacte wetenschap omdat sommige jongen vlug groeien en andere langzamer. Om te ringen neemt men de drie langste tenen tussen duim en wijsvinger en steek deze op hetzelfde ogenblik door de ring. Let vooral op dat al de drie tenen mooi in de ring zitten en dat er niet eentje geplooid is. Zodra de drie teennagels door de ring zitten, trek ik aan de tenen tot ze helemaal door de ring zitten. Het kleinste teentje zit dan nog in de ring. Schuif de ring zover mogelijk over de poot en dan kan men het kleine teentje gemakkelijk uit de ring halen. Wanneer men de ring zonder veel weerstand van de poot kan trekken dan is het jong nog te klein en moet men het de volgende dagen nog eens proberen. Controleer ook de volgende dag of de ring nog rond de poot zit. Anders opnieuw beginnen.

Noteer nummer van de ring op de fiche. Dit zal de identiteitskaart zijn van het jong.

​

Ik neem steeds gekleurde ringen en zal de ringen het ene jaar aan de linkse poot doen en het volgende jaar aan de rechtse poot. Hierdoor kan ik gemakkelijk in de volière zien wie de jonge vogels zijn en wie de overjarigen.

​

8. De jongen verlaten het nest.

​

Na ongeveer dertig dagen zullen de jongen het nest verlaten en dan zal de man de jongen verder voederen. De eerste dagen zullen de jongen in een hoekje van de kweekkooi samen kruipen. Na enkele dagen zijn de jongen reeds klaar om te vliegen en zullen proberen om op de zitstokken de komen. Meestal worden ze dan door de man terug naar de bodem gejaagd. Dit komt door het feit dat de man opnieuw wilt paren met de pop en hij dan niemand in zijn geburen wilt. 

De pop zal dan ook graag aan een nieuwe nest willen beginnen. dit kan men vaststellen doordat zij de nest begint te reinigen. Zij gooit al het gebruikte materiaal uit de nest. Wanneer er op dat ogenblik nog één of twee jongen in het nest zitten is dit het moment om ze uit het nest te halen en in de kweekkooi te plaatsen. De man zal ze verder opvoeden. Ik verander dan ook het binnenste van de nest en kuis het nest uit en geef nieuw materiaal. Wanneer men te lang wacht om de jongen uit het nest te halen zal de pop ofwel het jong uit het nest jagen ofwel eieren leggen terwijl het jong nog in het nest zit. Eieren zullen weer vuil worden. Het gebeurt ook dat een jong nog terugkeert naar het nest. Dan moet men het jong uit het nest nemen en opnieuw in de kooi plaatsen.